Al jaren en jaren rapen Hanneke en ik rommel van de straten en in parken, maar sinds 1 juli 2021 worden we daarvoor ook nog financieel beloond, want vanaf die datum is er statiegeld op kleine plastic flesjes die vaak op straat worden weggegooid. De eerste bon leverde maar liefst € 1,75 op en sindsdien is er al totaal voor zo’n 5 euro gevonden. Iedere keer dat ik zo’n flesje op straat vind spring ik luid roepend: KASSA!!! een gat in de lucht, wat een duidelijk voorlichtende werking heeft voor het vaak verbijsterde publiek. Ik kan het niet laten om dan allerlei rekensommetjes te maken. Als we elke dag voor een euro vinden is dat meer dan € 350 per jaar, waarvoor je weer heel wat bomen kunt planten, of een leuk weekendje uit. Wat een rijkdom, wat een geluk!
PS Ik weet dat ik met dit bericht (en dat in de lucht springen) onze eigen glazen ingooi, maar heb het over voor de goede zaak: de stad en het land schoner en groener, groener en nog groener.
Vroeger heb ik er nooit op gelet, maar nu – ruim boven de zeventig – erger ik me aan remtrappers bij stoplichten en in files. Drie felle lampen die recht in je ogen schijnen, ik kan er niet goed tegen. Ik weet dat het wettelijk verplicht is om felle remlichten te hebben, maar waarom op die rem blijven trappen voor een stoplicht op een vlakke straat of weg? Het is echt niet nodig, zelfs op een helling is het net zo makkelijk om even de handrem te gebruiken of de P-knop bij een automaat. Maar helaas, zo is het niet. De meeste automobilisten zijn remtrappers.
En dan heb ik het nog niet eens over de milieuschade. Ik ga het niet uitrekenen, maar als al die remtrappers zouden stoppen met hun achteloze gedrag zou er misschien een hele of halve olieraffinaderij of kolencentrale gesloten kunnen worden. Maar ik vrees een roepende in de (asfalt)woestijn te blijven.
Al sinds jaren vieren we Kerst met familie bij ons thuis. Ik kan het dan niet laten om een speech te houden. Zo ook deze keer.
Ditmaal over mythes waarin we geloven, zoals het Kerststalletje. Ook wij hebben er weer één dit jaar, maar wel een bijzondere. Ik heb namelijk zitten fantaseren over hoe de Kerststal er in het jaar 2100 zou kunnen uitzien. Onze Kerststal is eeuwen een symbool geweest van de mythe waarin de meeste mensen geloofden. Jezus Christus is geboren in Bethlehem, in een eenvoudig stalletje. Niet zomaar een geboorte, Jezus kwam de mensheid redden van de zonde en het kwaad en door zijn komst op aarde, als zoon van God, zou alles allemaal veel beter worden. Rond het jaar 2020 geloofden velen nog in die mythe, terwijl toch eigenlijk al een paar honderd jaar duidelijk was dat de kerk die zich op deze mythe baseert op zijn minst verdacht is, zo niet een oorlogszuchtig, kapitalistisch pedofielen-netwerk, evenals veel andere organisaties trouwens.
Hoe denken bewoners van Nederland daarover in 2100? In een eeuw kan veel veranderen. In 2100 kijken de mensen enigszins schamper terug op het Kerststalletje van nu. Ja, toen geloofden de mensen nog in God en Jezus of welk andere van de 2.900 geloven op aarde. Ze geloofden (echt, het is bijna niet te geloven!) dat godsdienst, offeren en bidden ons verder zou kunnen helpen naar een betere wereld. Maar wij in het jaar 2100 weten gelukkig beter. Niet het geloof in God kan de mensheid redden, maar iets heel anders. En dat Grote Nieuws is ons gebracht door een nieuwe ‘heiland’, een jong meisje: Greta Thunberg.
Daarom ligt zij (geboren in 2003) nu in de kribbe. Niet in een stalletje, maar in een bos, want het gaat niet meer om een dak boven je hoofd, maar om de lucht die we inademen. Dat begon na de optredens van Greta (haar naam zij geheiligd!) eindelijk door te dringen in 2019. Om Greta heen staan tijdgenoten die een belangrijke rol hebben gespeeld in het realiseren van de droom, het visioen van Greta, met natuurlijk veel meer vrouwen in de hoofdrol. Greta’s ouders Malena Ernman and Svante Thunberg deden het met elkaar. Dat had niets met (aarts)engelen, god of messiassen te maken. Het waren gewone mensen die plezier hadden in het leven en hun bijzondere kind zo goed en zo kwaad als het ging opvoedden. Echte theatermensen waren het ook. Zij hielpen Greta toen ze haar ‘taak op aarde’ steeds duidelijker zag. Niet om ons leven beter te maken (zoals we nog in de jaren 60/70 van de vorige eeuw dachten), maar om de aarde te redden van grote rampen en tegenspoed.
In plaats van een engel staat in het stalletje van 2100 Pallas Athene, symbool voor wetenschap en wijsheid, want op basis daarvan is de mensheid in de 21ste eeuw eindelijk gaan handelen om hun leven en dat van hun kinderen, kindskinderen en alle dieren leefbaar te houden of te maken. In de dagen dat Greta werd vereerd in Nederland en daarbuiten waren al velen die hetzelfde pad gingen als zij. Sterker nog in Nederland trad een ware apostel van Greta naar voren: Marjan Minnesma die met haar Urgenda de Nederlandse regering wist te dwingen zich aan klimaatafspraken te houden. Zij is dan ook de engel in de kerststal van 2100. Zij slaagde er in 2025 in om de Nederlandse politiek totaal om te buigen. Samen met PvdA, D66 en CU vormde ze dat jaar het Klimaatfront, een nieuwe politieke partij die bij de Kamerverkiezingen een ruime absolute meerderheid verwierf, waarna Marjan de eerste vrouwelijke premier van Nederland werd en alle klimaatoplossingen die al jaren daarvoor waren bedacht tot uitvoer bracht.
Natuurlijk komen in de Kerststal van 2100 de Wijzen niet meer uit het Oosten, maar van overal ter wereld. Nelson Mandela uit Afrika die ons voorleefde om door te zetten, zelfs in onmogelijke omstandigheden, waar alle hoop verloren lijkt. En Ai Weiwei uit China, die samen met veel anderen in staat bleek de oppermacht van de Chinese dictatuur te weerstaan en een werkelijk begin maakte aan de democratisering van China, Hongkong, Taiwan en dictaturiale landen in Azië. En … last but not least: uit de USA Alexandria Ocasio-Cortez, die het sterk in verval geraakte land, na acht jaar Trump, op het juiste spoor wist te brengen, toen ze in 2028 tot eerste vrouwelijke president van Amerika verkozen werd en Amerika zich weer aansloot bij het wereldwijd al verre in uitvoering zijnde Klimaatakkoord.
De Kerststal van 2100 speelt zich niet meer af in een boerenstal, maar in een bos van uitsluitend levende bomen van allerlei soorten, omdat de mensheid eindelijk is gaan inzien dat daar het heil gezocht moet worden. Niet bij God, niet bij nog meer consumptie, meer verspilling, niet bij steeds meer rijden en vliegen. Maar bij steeds meer bomen, steeds meer bos. Bij het kweken, planten en liefdevol onderhouden van bomen. Zodat iedereen weer gezond kan ademen. Ook de dieren zijn in 2100 gelukkig al vele decennia bevrijd uit hun hokken en schuren en leven vrij in de natuur. Het is maar een fantasie, maar wie weet … Rob van Eeden, 25-12-2019
Op mijn voormalige site middelmatigheid.nu (alle verhalen daaruit staan nu op dit blog) heb ik een tijdje mijn best gedaan uit te leggen wat ik met middelmatigheid en de waarde ervan bedoelde. Echt gelukt is dat niet.
Nu vond ik op Youtube een filmpje van The School of Life dat e.e.a. uitlegt. Zo goed kan/kon ik het niet. Wel veel informatie in korte tijd, maar m.i. een ijzersterke tekst. Why You Don’t Need te Be Exceptional https://www.youtube.com/watch?v=pvgfucVF5cU
Let niet op de rare vervorming van de buizen, in werkelijkheid lopen ze kaarsrecht, het is een panorama-foto. Het schilderij is van Ben Koelman.
De menselijke geest is een vreemd ding. Dit is het uitzicht vanuit ons echtelijke bed. En altijd als ik naar die dikke verwarmingsbuizen kijk, zie ik daarin de benen van tante Sidonia. Die lange dunne staken, iets uiteenlopend met die grote voeten links. Het lijkt nauwelijks op de echte benen van Sidonia, maar toch moet ik er steeds aan denken. Tijd voor intensieve therapie?
Dit verhaal is lang, 22 bladzijden (wel met plaatjes). Daarom is het opgenomen als pdf-bestand, te downloaden en op het scherm te lezen of op papier als je het print. Het verhaal heet ‘Mijn vader en ik’ en bestrijkt bijna mijn hele leven, met nadruk op de rol die mijn vader daarin heeft gespeeld. Geen spannende roman, maar echt gebeurd over liefde, porno, overspel, bedrog, fraude, dubbellevens en geld, veel geld! Veel leesplezier!
Onderstaand artikel is eerder gepubliceerd op middelmatigheid.nu. Deze site wordt binnenkort opgeheven. Alle (relevante) artikelen van die site zijn overgeplaatst naar dit blog (robvaneeden.com).
Hier en daar vertel ik voorzichtig dat ik deze site (middelmatigheid.nu dus) ben begonnen en stuit daarbij – op een enkele uitzondering na – op verbazing en onbegrip. “Jij middelmatig, kom nou! Als er iemand niet middelmatig is, dan ben jij het wel. Met al je/jullie projecten en acties, bedrijven en initiatieven, hoe kun je dat nou middelmatig noemen?”
“De mensen, die het best in de wereld slagen, zijn zij, die de geest van de middelmatigheid hebben.” Rémy Montalée, Frans toneelschrijver, 19e eeuw.
“Middelmatigheid van geest en traagheid maken meer wijsgeren dan het nadenken.” Vauvenargues, Frans filosoof, 1715-1747.
Ik geef toe, het is nogal vaag en onduidelijk wat ik zeg en probeer op te schrijven. Toch dringt steeds meer tot me door dat ikzelf niet anders meer kan denken over mijn leven dan als middelmatig, normaal, niet bijzonder. “Ben je niet depressief aan het worden?” werd me ook gevraagd. Nee, juist niet, mijn middelmatigheid, mijn niet-bijzonderheid voelt juist als een opluchting. Er is misschien een andere manier waarop ik dat duidelijk kan maken.
Hanneke kreeg een boek aangeraden: Plantaardig, vegetatieve filosofie. Een wonderlijk boek. Sommige delen zijn goed leesbaar en maken duidelijk waar het de schrijver om gaat.
Wij mensen zijn meer verwant aan planten en bomen dat we beseffen. De plantaardige natuur heeft ook veel meer om het lijf dan we denken, is veel intelligenter en georganiseerder dan we ons realiseren. We zouden ons daar meer naar moeten gedragen. Andere delen van het boek zijn – in ieder geval voor mij – grotendeels onbegrijpelijke aaneenschakelingen van citaten van een menigte aan biologen, wetenschappers en filosofen uit alle eeuwen, gelardeerd met complexe zinnen die je de haren te berge doen rijzen.
Toch is het een zinnig verhaal dat in al die tekst verborgen is. Enigszins te begrijpen als je de groene bladzijden leest die aan ieder van de zes delen van het boek voorafgaan. En ook door de waarschuwing van de schrijver, voor in het boek: “U ziet uzelf graag als iemand die zelf nadenkt, informatie verzamelt en beslissingen neemt. U erkent wel dat u bepaald wordt door driften en genen, maar dan toch in mindere mate dan dieren. Laat staan planten en bomen. Zij kunnen niet bewegen, nemen geen beslissingen en werken niet samen, zoals hogere organismen. Dacht U”.
Quasi-menselijk
In een artikel van Marianne Heselmans (5-2-2015) wordt (een gedeelte van) het boek enigszins samengevat in een interview met de schrijver Wouter Oudemans. Een citaat uit dat artikel:
“Al in zijn eerdere boeken Echte filosofie (2007) en In natura (2012) confronteerde Oudemans inzichten van filosofen als Heidegger, Leibniz en Nietzsche met inzichten uit de natuurwetenschappen, en dan met name het darwinisme en de thermodynamica.” ” … onze extreme afhankelijkheid van de plantenwereld – die vaak veronachtzaamde en tegelijk zo intelligente en actieve wereld. Al die bomen die zich maar steeds weer voorbereiden op de vorst, al die bladeren die zonlicht omzetten in voedingsstoffen. Als je herfstbladeren wegveegt, realiseer je je niet wat voor wonderlijke nano-machinerieën deze zijn geweest.”
En dan twee citaten uit de (groene) inleiding op deel IV van het boek:
“Waar ik (in vorige publicaties, RvE) geen aandacht aan schonk, in filosofische zin, dat was de plantenwereld. <knip> Ik moest de geheel eigen intelligentie en het eigen vermogen tot samenwerking van de plantaardige natuur erkennen – daarmee kwam ik ook iets te weten over mijn eigen verstand, mijn eigen conventionaliteit en vooral mijn eigen doelen. Die werden gerelativeerd, doordat ik zag dat planten tot datzelfde in staat zijn, op hun heel eigen manier, zonder hersenen en zonder centraal zenuwstelsel. Niet alleen planten hebben quasi-menselijke eigenschappen, dat geldt ook voor mensen: door hun plantaardigheid zijn ook zij quasi-menselijk.
En het wordt allemaal nog ingewikkelder. Ik kan dat niet samenvatten (en ook niet helemaal begrijpen), maar het komt erop neer dat de ontdekkingen van de evolutie en de thermodynamica volgens Oudemans maar tot één conclusie kunnen leiden. In zijn eigen woorden in het laatste deel van zijn boek staat het o.a. zo.
“Mijn leven bestaat uit een niet eindigend streven naar doelen, terwijl het die betekenis niet kan hebben, omdat doelen nu eenmaal altijd wijken en uiteindelijk, vanwege dat onaangename incident – mijn dood – dat ertussen komt, toch echt niet gehaald zullen worden.
Een boom laat je zien: je gaat ergens naartoe zonder te weten waarheen …” en
“Mijn levenspad is helemaal geen progressie van a naar b, maar een tuinwandeling, een zwerftocht zonder duidelijk begin en einde, en zeker zonder doel.”
Of dit nu echt ‘bewezen’ wordt in het boek, kan ik niet beoordelen, het is me allemaal te ingewikkeld en met moeilijke woorden en begrippen beschreven. Toch spreekt het me bijzonder aan. Het lijkt allemaal heel wat, wat je doet en nastreeft en af en toe is er ook best wel een succes, of vind je het geslaagd. Maar is dat wel zo? Ben je niet tot op grote hoogte bepaald door dat enorme evolutionaire, ook plantaardige verleden dat je in je draagt. En dat – als ik eerlijk terugkijk – toch eigenlijk een sturing heeft gegeven in mijn leven die ik nauwelijks in de hand had. Hooguit kon ik af en toe, achteraf, zeggen: goh, dat heb ik best aardig gedaan. Maar was ‘ik’ het die het deed? Of was het eigenlijk meer het resultaat van allerlei krachten waarvan ik me niet of nauwelijks bewust was (en ben).
Doelen?
Maar wat heeft dat te maken met middelmatigheid? Wat me duidelijk wordt uit het boek is dat we een ‘idee’ hebben over hoe wij mensen functioneren, als – laten we maar zeggen – heersers over dieren en planten. We denken dat we doelen stellen en dat we die realiseren (of niet), maar in ieder geval dat we doelgericht bezig zijn.
Is dat wel zo (ik herhaal me zelf)? Is een groot deel van ons handelen niet bepaald door de miljoenen jaren durende evolutie tot wat we nu zijn. We worden niet alleen bepaald door de genen van onze voorouders, maar hebben ook veel dierlijks in ons, daar zijn we ons nu wel enigszins van bewust. Oudemans voegt daaraan toe dat we ook veel plantaardigs in ons hebben, een georganiseerdheid en intelligentie die uit planten is ontstaan. Een intelligentie die niet door hersens of een centraal zenuwstelsel wordt gestuurd, maar daardoor niet minder aanwezig is.
Hoe meer ik nadenk over het leven, hoe meer ik tot de conclusie kom dat het helpt de middelmatigheid ervan onder ogen te zien. Niet omdat het leven niets waard is en alleen maar saaiheid en teleurstelling. Juist niet!
We (ik) zijn al heel lang het slachtoffer van het nogal dominantie idee dat je – om gelukkig – te worden iets heel speciaals moet doen, iets moet presteren, boven de rest uitstijgen, je passie moet volgen, er helemaal voor gaan etc. etc.
Duizenden boeken zijn gepubliceerd om ons te leren dat je alleen gelukkig kunt zijn/worden als je maar …